• Elugie Nieuws
  • De winkels van Comme Chez Nous maken zelf hun stroom

  • De tankstationshops van Comme Chez Nous gaan een stapje verder dan wat je gewend bent. Denk aan versbereide maaltijden, gratis WiFi, een mooi ingerichte plek om snel online te gaan of een glas te drinken. Bij die luxe hoort ook een groot stroomverbruik, en daarvoor rekent Comme Chez Nous op Elugie. Zo besparen ze op de rekening, maar zetten ze ook een grote stap richting autonomie. Dat past perfect in de pioniersrol die de keten wil spelen.
Bjorn Van Haver

Premium shops bij tankstations zijn aan een opmars bezig. In Vlaanderen is dat de verdienste van Peter Stevens en Patrick Cauwers. Zij richtten Comme Chez Nous op in 2016 en zitten nog lang niet aan het einde van de rit met hun 22 shops. Alleen al in de komende maand komen er nog eens 10 shops bij Wallonië. Het luxeconcept slaat aan: klanten verwachten vandaag vandaag méér van een shop langs de weg. Ze willen aangenaam pauzeren of snel even met een klant kunnen Zoomen terwijl de smartphone oplaadt.

 

Cijfers met vier nullen

Om die kwaliteit te leveren, zijn er serieuze investeringen nodig. De shops van Comme Chez Nous vervangen meestal een bestaande tankstationwinkel met een beperkte inrichting. De verouderde toestellen moeten er allemaal uit, om ze te vervangen door professionele ovens en drankenkoelers… met het bijhorende verbruik. “We schrokken er zelf van hoe onze energiefactuur de lucht inschoot,” zegt Peter Stevens. “De stroomvoorziening van die oude shops voldoet gewoon niet aan de energievraag van vandaag. Eén shop in Steenokkerzeel, bijvoorbeeld, vroeg al een investering van in de tienduizenden euro’s.”

Een cijfer met vier nullen, dan begin je al eens aan de alternatieven te denken. Zo kwam Elugie in beeld. “Voor ons was het ook nieuw, maar we waren rap mee in het verhaal,” legt Peter uit. “Kort samengevat werkt het zo: de zelfstroomcentrales maken ter plaatse stroom. De aanvoer gebeurt via het gewone gasnet, maar dat gas wordt niet verbrand. Het wordt ‘gekraakt’ tot waterstof dat in een reactie met zuurstof elektriciteit produceert. Dat klinkt misschien technisch allemaal, maar wat telt voor ons is dat er geen stroomverlies is. Dat zien wij natuurlijk direct aan ons verbruik.”

 

Prijs, duurzaamheid en autonomie: drie keer winst

De zelfstroomcentrales zijn efficiënter en zorgen voor minder CO2-uitstoot dan de klassieke gas- en elektriciteitscentrales. Ook dat was een argument voor Comme Chez Nous. “We zijn grootverbruikers, dus we beseffen maar al te goed dat we een ecologische impact kunnen hebben. De keuze voor Elugie voelt gewoon juist,” aldus Peter Stevens. “Maar we zijn daar eerlijk over: dat zou niet mogelijk zijn als de prijs te hoog zou oplopen.”

Comme Chez Nous gebruikt daarom de rentingformule van Elugie. “Eigenlijk merken we bijna niet dat we een investering maken. We betalen elke maand evenveel als onze elektriciteitsfactuur van vroeger, maar in dat bedrag zitten nu zowel onze energiekost als de afbetaling van onze eigen stroomcentrale. En een stuk van de installatiekosten krijgen we terug via Vlaamse subsidies. We hebben het zelf ook eens laten narekenen: deze formule komt absoluut goedkoper uit. Na tien jaar is alles afbetaald en maken we pure winst op onze energie. Elugie past dus perfect in onze groeistrategie,” besluit hij.

 

Een rebels kantje

Momenteel staan er minstens vier van die kleine centrales bij de meeste shops, maar dat staat niet vast. Een centrale meer of minder kan altijd, afhankelijk van de stroomvraag. Zo een modulair systeem is handig voor een groeiende keten die nog volop aan het ontwikkelen is.

De oprichters van Comme Chez Nous steken het niet onder stoelen of banken dat er ook een rebels kantje aan de zaak zit: “De waterstoftechnologie waar Elugie op drijft is de toekomst. Het is een belangrijke stap naar echte energie-autonomie. Wij willen zoveel mogelijk onafhankelijk werken en met Elugie kan dat. Wij waren er al rap bij, maar ik ben er zeker van dat er snel meer bedrijven op de kar zullen springen. Ja, daar mag je mij gerust op citeren!”